Annette Knol
Ruimte vangen
Kunstenaars houden van kunst. Van architectuur, bijvoorbeeld. Jan Schoonhoven keek naar de Delftse gevels, waarna hij zorgvuldig abstracte reliëfs van papier-maché maakte. Pieter Jansz. Saenredam schilderde ruimtelijke kerkinterieurs.
In de publieke ruimte liggen de ideeën voor het oprapen, weet ook de Utrechtse Thomas Klein Horsman. Stedelijke infrastructuur en architectuur vormen het uitgangspunt van zijn werk: straten, verkeersdrempels, gebouwen.
Tot en met 11 juni is zijn werk te zien bij Kunsthal Kloof in ‘I will tell you my secret’, een duo-expositie met Horsman en Julius Stibbe. Je stuit op Kloof als je de oversteek maakt van het Kunstcafé in de Nijverheid naar de achterliggende wc’s. Daar word je verrast door een kleine expositieruimte, waar steeds twee Utrechtse kunstenaars de dialoog met elkaar aangaan.
Midden in die ruimte heeft Horsman een kolom geplaatst die aanvoelt als een verlengstuk van zijn reliëfs. De kolom moedigt aan: loop er eens omheen, inspecteer de verschillende zijden. Het zou zonde zijn als je alleen het vooraanzicht van Horsmans kleinere werk bekijkt. Wie zijn gezicht bijna tegen de witte muur drukt, kan de lagen zien waaruit Horsman zijn objecten heeft opgebouwd. Alsof hij de grootstedelijke ruimte heeft samengebald in werk van behapbaar formaat, dat je zomaar aan de muur kunt bevestigen.
Thomas Klein Horsman, Sour Haze, reliëf, 2022.